We komen er niet meer onderuit: burgerparticipatie. En dat is maar goed ook, want wie wil er niet zelf meedenken of meebeslissen over de inrichting van de eigen leefomgeving of een ander project dat impact heeft op de ruimte waar jij je (vaak) bevindt. We zien het al steeds vaker in bijvoorbeeld de energietransitie. Er is steeds meer energie nodig en er komen ook steeds meer tekorten om de energie die we opwekken ook op te slaan om weer in te kunnen zetten op een ander moment. We bouwen als maar meer en meer wind- en zonneparken. Maar, de komst van zo’n wind- of zonnepark maakt dat de omgeving er anders uit gaat zien. Een windturbine kan tegenwoordig tot wel 260 meter hoog zijn! Dat is niet niks, en eigenlijk wil niemand dit in zijn of haar eigen achtertuin hebben staan. Het geluid en de slagschaduw kunnen behoorlijk storend zijn. Omwonenden of grondeigenaren hebben daarom het recht om hun mening hierover te geven.
Daarnaast ontkomen we ook niet meer aan burgerparticipatie door de komst van de nieuwe Omgevingswet. Ieder project dat met de (her)inrichting of verandering van de leefomgeving te maken heeft, is gebonden aan een stuk burgerparticipatie. Omwonenden of andere mensen die zich in de omgeving bevinden, met bijvoorbeeld een bedrijf, horecazaak of andere onderneming, mogen meedenken en soms zelfs meebeslissen op democratische wijze. Of liever gezegd, op doe-democratische wijze, waarbij de overheid en de burger (intensief) samenwerken.
Voortaan liggen de mening en de ideeën van burgers dus ten grondslag aan de invulling van een project. Dit maakt dat je als omgevingsmanager hier dus ook mee te maken krijgt. De invulling van dat stukje burgerparticipatie begint vaak al bij het aanbestedingsproces. Tijdens een aanbesteding is er vaak al een hoofdstuk burgerparticipatie opgenomen in de aanbestedingsleidraad. De opdrachtgever vraagt hiermee al voor de start van een project hoe een inschrijver invulling gaat geven aan dit onderwerp.
Wij nemen je mee in een stukje theorie over burgerparticipatie en de praktische invulling daarvan aan de hand van een fictief praktijkvoorbeeld.
Burgerparticipatie: wat is het eigenlijk en hoe ziet dit er in de praktijk uit?
Burgerparticipatie is het proces waarbij burgers worden betrokken om mee te denken, met initiatieven te komen of simpelweg hun mening te geven over een bepaald onderwerp of project. Het opzetten van burgerparticipatie kan je vergelijken met een stakeholdersanalyse, alleen werk je dan ideeën uit i.p.v. de wijze van omgang met stakeholders.
De intensiteit van participatie kan wel van project tot project verschillen. De participatieladder geeft een goed beeld van die intensiteit van participatie.
De participatieladder
Van het meedenken bij het kindvriendelijker maken van een woonwijk tot meebeslissen over de komst van een windpark naast een woonwijk. Participatie kent veel verschillende soorten. Naast het meedenken of meebeslissen is er ook nog vrijwilligerswerk. Ook dit is een vorm van burgerparticipatie.
De participatieladder (zie afbeelding) maakt de mate van participatie inzichtelijk. Hoe hoger je op de ladder komt, hoe groter de mate van participatie.
Praktijkvoorbeeld: Groen onderhoud in de openbare ruimte
In een aanbesteding worden inschrijvers gevraagd om de burgerparticipatie te verzorgen op het gebied van groen onderhoud in de openbare ruimte in een klein dorpje in Limburg. In het hoofdstuk moeten inschrijvers beschrijven hoe zij de inwoners van het dorpje gaan betrekken bij het groenonderhoud en op welke manier zij een bijdrage mogen leveren.
Stappenplan: hoe zet je burgerparticipatie eigenlijk op?
Stap 1: verkennen. Je gaat eerst op onderzoek uit. Je gaat in gesprek en zoekt uit wat er speelt. Welke wensen of ideeën zijn er? Het ophalen van deze informatie kan op verschillende manieren, afhankelijk van het project of doel:
- Ouderwetse bewonersavond
- (Digitale) enquête
- Bewonerspanel
- Klankbordgroep
- Schouw op locatie
Stap 2: analyse. Aan de hand van de middelen en mogelijkheden die er zijn, kies je vervolgens de best passende en meest haalbare ideeën. Deze werk je in de volgende stap uit in een projectplan voor het stuk burgerparticipatie.
Stap 3: uitwerking plan. Bij de uitwerking zijn diverse factoren belangrijk om mee te nemen, zoals de kosten, benodigde mensen of middelen, tijd en welke vorm van participatie je inzet.
Stap 4: uitvoering. Is het projectplan rond, dan is het tijd voor de daadwerkelijke uitvoering van de participatie.
Stap 5: evaluatie. Het is altijd goed om tussentijds, maar ook achteraf met elkaar te evalueren. Wat ging goed, wat kan beter en wat moet er dan anders? Hierdoor verbeter je met elkaar de participatie voor in de toekomst.
Praktijkvoorbeeld: methode ‘Right to Challenge’ voor burgerparticipatie bij groen onderhoud in de openbare ruimte
Een specifieke vorm van burgerparticipatie is Right to Challenge, waarbij burgers een specifieke taak die in het verleden door of in opdracht van de overheid werd uitgevoerd, geheel of gedeeltelijk overnemen (Kennisopenbaarbestuur.nl, z.j.).
Wat je binnen het praktijkvoorbeeld met de methode Right to Challenge kunt doen:
- Bewoners leren meer over het werk, de aannemer leert meer over bewonerswensen.
- Samen intervisie doen met groepje bewoners die betrokken willen zijn, samen schouwen (nieuwe wensen ophalen, tevredenheid peilen).
- Bewoners kunnen ook zelf onderhoud overnemen. Makkelijke dingen die wij hen leren.
- Groene ontmoetingsplaatsen voor bewoners aanleggen.
- Wensen en verbeterpunten ophalen, maar ook de wijze van participatie. Wie kan dat beter vertellen dan een burger zelf? Stel een dorpscoördinator aan.
- Experts laten aansluiten voor uitleg en toelichting mogelijkheden.
- Buurtverenigingen betrekken.
- Stoeptegels vervangen door plantjes, langs de tuinrand of voorgevels.
- Educatiemiddag scholen over planten en biodiversiteit.
- Natuurlijke speeltuin van boomstammen.
Hoe coördineer je deze vorm van burgerparticipatie?
- Omgevingsmanager inzetten.
- Verwachtingenmanagement: bewustwording creëren over wat kan en wat niet. Door verwachtingen te managen weten bewoners zo wat kan en wat niet haalbaar is. Daarop baseren ze haalbare ideeën.
- Analyses inbreng bewoners: komen er vaker dezelfde wensen of ideeën terug? De omgevingsmanager houdt dit bij.
Het opzetten van een burgerinitiatief
Een burgerinitiatief, zoals de term al zegt, is een initiatief dat wordt opgezet door burgers om de leefomgeving te verbeteren. Denk hierbij aan milieu gerelateerde zaken, maar ook zorg, onderwijs of veiligheid. Op grote schaal, over een onderwerp met grote maatschappelijke waarde, kan je als burger een onderwerp op de agenda van de Tweede Kamer zetten. Dit kan door het verzamelen van handtekeningen. Je hebt hier maar liefst minstens 40.000 handtekeningen voor nodig. Denk hierbij aan initiatieven als ‘Stop de Kooien’, ‘Europa Bontvrij’ of ‘Water is een mensenrecht’.
Burgerinitiatieven kunnen ook op kleine schaal worden opgezet, binnen een specifieke gemeente. Heb je een goed idee? Bespreek de mogelijkheden met de wijkmanager en stel een plan op. Soms is het nodig om een subsidie aan te vragen, maar er zijn ook potjes binnen de gemeente voor dit soort initiatieven. In sommige gevallen kan je ook aankloppen bij niet-gemeentelijke instanties zoals het buurthuis.
Voorbeelden van bekende burgerinitiatieven zijn:
- NK Tegelwippen van Stichting Steenbreek: tegels vervangen door groen om gemeenten klimaatadaptiever en biodiverser te maken.
- Opzoomeren: voor goed contact met buren en een prettige straat.
- Groenadoptie: het adopteren van een stukje groen in bijvoorbeeld een groenvak in de straat.